Ambulance

Geplaatst op

03156-2016-8479-375px-ambulanceIn Nederland zijn, verspreid over 25 regio’s, ca. 750 ambulances om in geval van nood medische hulp te verlenen.

De voornaamste taak van de ambulancehulpverlening is het stabiliseren en bewaken van vitale functies alsmede het zorgdragen voor optimaal vervoer van zieken en/of slachtoffers van ongevallen. Dit op geleide van de landelijke protocollen ambulancezorg en conform de nota ‘verantwoorde zorg’. Onder verantwoorde zorg wordt verstaan de zorg die beroeps- of bedrijfsmatig wordt verleend om een zieke of gewonde binnen het kader van zijn aandoening of letsel hulp te verlenen. In opdracht van de Meldkamer Ambulance wordt de zieke of gewonde per ambulance vervoerd met inachtneming van datgene wat op grond van algemeen beschikbare medische en verpleegkundige kennis noodzakelijk is.

De centralist van de alarmcentrale, de Meldkamer Ambulance, bepaalt aan de hand van een hulpverzoek of er een ambulance wordt gestuurd en of er wel of geen spoed mee gemoeid is. Deze centralist, een verpleegkundige, werkt net als de ambulanceverpleegkundige volgens een protocol (ambulanceprotocol) en geeft de mate van spoed aan met de afkortingen A1. A2 of B. Maar het kan ook voorkomen dat de centralist het niet noodzakelijk vindt om een ambulance te sturen en dan kan doorverwijzen naar een huisarts.

A1 betekent spoedvervoer (levensgevaar dreigt of men vermoedt levensgevaar), waarbij met zwaailichten en sirene gereden wordt. Bij een A1-rit geldt de norm dat de ambulance binnen 15 minuten ter plaatse dient te zijn.
A2 betekent ook spoedvervoer (geen direct levensgevaar). De norm van de aanrijtijd is hierbij gesteld op 30 minuten. Bij A2-ritten wordt geen zwaailicht en sirene gebruikt.
B betekent een B-rit, dat betekent dat het vooraf bestelde ritten zijn. Dit zijn bijvoorbeeld overplaatsingen van een ziekenhuis naar een verpleeghuis. Hierbij is geen spoed en worden dan ook geen zwaailichten en sirene gebruikt.

In sommige regio’s wordt gewerkt met DIA  (Directe Inzet Ambulance). Bij elke 112-melding die binnenkomt bij de Meldkamer Ambulance wordt er direct een ambulance gealarmeerd en ingezet zodra het adres van het noodgeval is vastgesteld. De inzet wordt pas daarna op basis van verdere informatie bijgesteld of eventueel gecanceld. Door deze werkwijze van de meldkamer kan er tijdwinst worden geboekt die vooral van belang is voor de patiënt, die vanwege de ernst van zijn of haar toestand, snel hulp nodig heeft. Er kan bij het werken van DIA kan een A2 melding uitgegeven worden, maar na het uitvragen van de melder toch een A1 worden, en andersom.